Terug naar vorige pagina | Naar vorig verslag |
Naar volgend verslag |
Volewijckers 1 - WSC 1
Gespeeld op 2-12-2009
1w | Dave van der Kist | 1619 | ½ - ½ |
Mark van Beurden | 1929 |
2z | Hans Wijnand | 1963 | 1 - 0 |
Dennis Heisen | 1705 |
3w | Peter Wijnand | 1906 | ½ - ½ |
Richard Lindeman | 1795 |
4z | Dick Spel | 1794 | 1 - 0 |
Bart Janssen | 1781 |
5w | Wim van Spengen | 0 - 1 |
Jeroen de Nood | 1754 | |
6z | Andre Ottenhoff | 1484 | 1 - 0 |
Peter Ruiter | 1720 |
7w | Hakim Zoubaa | 0 - 1 |
Glen Macdonald | 1730 | |
8z | Harry Boom | 1635 | 0 - 1 |
Jan Hamstra | 1518 |
------- |
|||||
WSC 1 |
4 - 4 |
Volewijckers 1 |
Dave speelde aan het eerste bord achteraf een cruciale partij. Uit een vrij kleurloze Franse verdediging kreeg hij een iets betere stelling. Bij de stand 3 – 1 in ons voordeel bood hij remise aan. Met het oog op de vooruitzichten van de andere borden een volkomen verantwoord aanbod. Zijn tegenstander zei geen ja of nee, maar ging gezellig aan de bar een biertje drinken. Alleen zijn klok liep verder. Pas toen enige WSC-ers hun voordeel verloren zagen gaan accepteerde hij de remise en stelde daarmee de 4 - 4 stand veilig. Reglementair niets aan de hand, maar wel slim.
De tegenstander van Hans speelde een soort Trompowsky met 1.d4 d5 2.Lg5. Een voordeel is dat de benodigde openingskennis gereduceerd wordt, maar veel initiatief hoeft wit dan niet te verwachten. |
Zwart heeft net een paard op e5 geslagen. Na 11.fxe5 Pe4 12.Lxe7 Dxe7 is de stelling gelijk. Wit speelde echter 10.Lxf6?. Deze fout strafte Hans op leerzame wijze af. I.p.v. het sjabloonachtige Lxf6 sloeg hij met gxf6 terug. Wit moest daarna kiezen tussen pionverlies of een slechte pionnenformatie. Hij koos voor het eerste met 11.fxe5 fxe5 12.Pf3 e4 13.Pe5 Ld6 nu dreigt er nog een verzwakking 14.Pg4 Dg5 15.Le2 Lxg4 16.Lxg4 Dxe3+ 17.De2 Dxe2+ 18.Kxe2 Tg8 19.Th3 Ke7 20.g3 f5 21.Taf1 Taf8 22.Ke3 h5 er dreigt h4. Wit zag niets beters dan 23.Tf4, maar kon na Lxf4 alleen nog even doormodderen en moest na de 31e zet de vlag strijken. |
Peter speelde de Tarrasch in het Frans en moest een scherpe variant met f6 bestrijden. Met zwart speelde hij kortgeleden deze variant zelf, echter met minder goed gevolg. In deze partij vond zwart wel een goede verdediging tegen het standaard kwaliteitsoffer, maar ging daarna ook in de fout. Over en weer lieten ze kleine steekjes vallen, maar doorslaggevend waren deze niet. Na 42 zetten bood wit remise aan hoewel hij een kwaliteit en een pion voor stond. Hij had echter veel minder tijd op de klok en zag zo gauw geen goede voortzetting.
Zelf verdedigde ik me in het tweepaardenspel (in de nahand) met de zgn. moderne variant, inmiddels ook al met baard. Wanneer wit zich hierin niet actief genoeg ontwikkeld komt hij snel in slecht weer terecht. En aldus geschiedde, met slechts 1 pion van het bord stond wit al gauw hopeloos verloren. Op de 19e zet gaf hij daarom de ongelijke strijd maar op. |
Zwart offert hier met Txc3 een kwaliteit. Waarschijnlijk impulsief, maar ook Wim kon alle consequenties van dit offer achter het bord niet doorrekenen. Hij weigerde het aanbod. Begrijpelijk, 18.bxc3 Pxd3 19.Txd3 Dxa3 ziet er gevaarlijk uit, maar de tegenstoot 20.Tg3 g6 21.Dh6 f5 22.c4 Db4+ geeft een nagenoeg gelijke stelling. De partij ging verder met 18.axb4 Dxb4 19.Taf1 Lb5 20.Lxb5 Dxb5 21.Kc1? hier had wit met f5 wat meer weerstand kunnen bieden Tc6 22.Tf2?! Tf3 Tfc8 23.Tdd2? c3 is hardnekkiger, maar uiteindelijk ook niet genoeg om de partij te kunnen redden Da4 24.Kb1 Ta6 25.c3 De4+ 26.Tc2 De1+ 0-1 |
1.e4 e5 2.d4 is kennelijk geen alledaagse kost voor André. Hij reageerde te passief en speelde daarmee recht in het straatje van zijn tegenstander. Op de 12e zet liet deze weliswaar een direct winnende voortzetting liggen, maar behield wel de betere stelling. Hij ruilde de dames, won 2 pionnen en kwam in een gewonnen eindspel terecht. Velen zouden de partij al opgeven, maar niet André. En dat was goed voor ons, want wit begon toen geweldig te knoeien. |
In deze stelling speelde André de grafzet Ld4?? i.p.v. bijv. Le5. Wit had dit direct kunnen afstraffen met 40.Lxd4. Het pionneneindspel is gemakkelijk te winnen omdat, zo gauw als zwart zich naar c3 of de koningsvleugel spoed, wit met c5 een vrijpion kan creëren. Het ging echter verder met 40.Ld2?? b6 41.Lb4 Lg1 42.Lc3? na Le1 heeft hij nog steeds een gewonnen stelling Lxh2 43.Kf2 als wit dacht hiermee de loper te kunnen vangen komt hij bedrogen uit f4 44.gxf4 Lxf4 45.b4?? hiermee verandert de stelling van gelijk naar verloren Kd3 0-1 |
Harry speelde een Koningsindische verdediging waarbij wit lang rokeerde. Zwart hoort dan op de damevlaugel aan te vallen terwijl wit zijn heil moet zoeken aan de andere kant. Harry werd echter zelf actief op de koningsvleugel door f5 te spelen. Hij won weliswaar een pion door een foutje van zijn tegenstander, maar zijn stelling werd hierdoor wel moeilijker te verdedigen. Bovendien worstelde hij met een oude-knarren probleem, de tijdnood. Hij weigerde om sneller te gaan spelen en de klok werd hem uiteindelijk fataal. |
Het Frans was populair deze avond. Hakim koos voor de afruilvariant en speelde nu 29.c3?. Geen eenvoudige stelling, de juiste voortzetting was echter 29.Te1 Ta8 30.Pe4 Txa5 31.Pc5 Pd5 32.Tb1 Ke7 33.Ke1 en er is niets mis voor wit. De partij ging verder met b3. Met deze gevaarlijke pion moet wit rekening blijven houden. Maar ook zwart liet steekjes vallen: 30.a6 Ta8? enige voorbereiding is op z’n plaats met b2 31.Tb1 Pd3 32.a7 f5! (het paard mag niet naar e4 als de toren van de e-lijn verdwijnt) en zwart kan eindelijk de pionnen op de a-lijn gaan opeten 31.Pe4 Ke7 32.Pd2 Txa6 33.Pxc4 en wit leeft nog. Door twee grote fouten ging wit eerst van een gelijke naar een slechtere stelling en daarna naar een verloren partij. |
Hoewel het er in het begin goed voor ons uitzag is 4 - 4 niet zo’n slechte uitslag en geeft de verhoudingen goed weer, ook met een oog op de gemiddelde rating van de Volewijckers. |
Dick Spel